Hoewel veel mensen haute couture meteen als zodanig zullen herkennen door het extravagante of onpraktische uiterlijk, weten niet veel mensen het exacte verschil tussen zogenaamde ‘hoge mode’ (haute couture) en ‘lage mode’.
Hogere mode is speciaal ontworpen voor de catwalk, of is speciaal ontworpen voor een individu. Dit betekent dat de kleding vaak uniek is. Er is dus niet meer dan één van elk kledingstuk gemaakt. Dit in tegenstelling tot lagere mode (wat overigens ook erg duur kan zijn), waarvan kledingrekken vol hangen in een winkel met precies hetzelfde T-shirt of dezelfde broek.
Vaak is hogere mode speciaal met de hand gemaakt, omdat stukken individueel gemaakt worden. Dit betekent dat het namelijk niet rendabel is om een hele fabriek te gebruiken om telkens hetzelfde kledingstuk te maken; er wordt immers maar één stuk van elk ontwerp gemaakt.
Dit heeft ook gevolgen voor de kwaliteit: hogere mode is veelal van betere kwaliteit. Dit begint al bij de stof of het materiaal. Hogere mode wordt vaak gemaakt van exclusieve, zeldzame of dure materialen zoals zijde of speciale leersoorten. Lagere mode wordt echter in een fabriek gemaakt van relatief goedkopere materialen zoals katoen of gewone wol. Door het verschil in materiaal ontstaat er ook een verschil in kwaliteit.
Hierdoor wordt ook wel gezegd dat hogere mode langer meegaat dan lagere. Dit is maar deels waar, want een persoon die bereid is veel geld neer te leggen voor de nieuwste hogere mode, zal ook vaak graag de nieuwste mode willen hebben. Het gevolg hiervan kan zijn dat de duurste hogere mode na één seizoen in de kast verdwijnt, terwijl lagere mode als spijkerbroeken jaar in jaar uit gedragen kunnen worden.